Contents
- 1 Onverschilligheid in de Gnosis en de Geboorte van de Mensheid
- 1.1 Zijn wij niet allemaal in een staat van afwachting, vanaf onze geboorte tot onze dood?
- 1.2 Het Pad van Kennis: Een Vermoeiende Reis
- 1.3 De Volgorde van de Gnostische Verkenning
- 1.4 Onverschilligheid: De Oorsprong van het Menselijk Bestaan
- 1.5 De Rol van de Vrouw in de Geboorte van de Gnosis
- 1.6 De Toekomst van de Mensheid: Voorbij het Geslacht
- 1.7 Onverschilligheid: Een Oorspronkelijke, Primitieve Staat
- 1.8 De Drie Stadia van de Ontwikkeling van de Mens volgens de Gnosis
- 1.9 Tweede Stadium: De Schepping — Van Dier naar Mens
- 1.10 Derde Stadium: Homo Habilis — De Kindertijd en het Paradijs
- 1.11 Conclusie
Onverschilligheid in de Gnosis en de Geboorte van de Mensheid
Zijn wij niet allemaal in een staat van afwachting, vanaf onze geboorte tot onze dood?
Wij bevinden ons voortdurend in een wachtruimte,
waar we doorheen bewegen zonder het echt te beseffen.
Dus, haast je niet.
Belast jezelf niet met zorgen.
Laat de dingen stromen zoals een rivier stroomt — rustig, zonder verzet.
Jouw bestaan, hoe lang het ook moge duren,
hoeveel je ook spreekt, handelt of nadenkt,
is uiteindelijk slechts een simulatie van wat nog moet komen.
Ja, jouw bestaan — en alles wat je omringt —
is slechts een beproeving en een ervaring.
Laten we dus samen op avontuur gaan:
de duik nemen in de staat van “onverschilligheid”,
waar het denken voorafgaat aan de traditie,
en waar de vragen belangrijker zijn dan de antwoorden…
Het Pad van Kennis: Een Vermoeiende Reis
Het pad van kennis is zwaar en uitputtend.
Gezegend zijn zij die leven in onwetendheid, zoals Abû al-Tayyib al-Mutanabbî zei:
“De verstandige lijdt zelfs in geluk door zijn geest,
terwijl de onwetende geniet, zelfs in ellende.”
Wie eenmaal van de verboden vrucht van kennis heeft geproefd,
is voorgoed gevangen in haar val.
Er is geen weg terug.
Daarom zeg ik tegen mezelf en tegen jullie:
Moge jullie beloning groot zijn.
Alles wat ons rest, is geduldig volharden totdat we deze wereld verlaten.
De Volgorde van de Gnostische Verkenning
Oorspronkelijk was het mijn bedoeling om over Deïsme te spreken,
maar ik heb ervoor gekozen om het pad te volgen dat ik heb uitgetekend in mijn aantekeningen “De Absolute Nul-God”,
waarin ik de lange reis documenteer van het nadenken over de evolutie van het goddelijke concept in het menselijk bewustzijn.
Deze reis begon bij onverschilligheid,
ging vervolgens via het Deïsme,
en bereikte haar hoogtepunt in het Atheïsme —
de hoogste fase van deze intellectuele evolutie.
Dus vertel me: Waar geloof jij in?
En ik zal je vertellen uit welk tijdperk jouw ideeën stammen:
De traditionalist: leeft in onverschilligheid.
De moderne: gelooft in een goddelijkheid.
De vooruitstrevende: is de atheïst, de zoeker naar waarheid.
En dus lijdt de atheïst,
omdat hij zijn tijd vooruit is.
Onverschilligheid: De Oorsprong van het Menselijk Bestaan
Onverschilligheid is geen afwijking — zij was het begin.
Het is geen onverschilligheid in de negatieve zin,
maar een staat van sluimering:
een paraatheid vóór de beweging,
de stilte vóór de explosie.
In de gnosis worden de bewustzijnstoestanden als volgt onderverdeeld:
Mechanische instincten (neutraal/stilstaand): van levenloze materie tot hogere dieren.
Onverschilligheid (sluimering): een innerlijke paraatheid die nog niet geactiveerd is.
Betrokkenheid: actieve deelname aan het leven, zowel mentaal, emotioneel als materieel.
Alleen de mens wist de onverschilligheid te overstijgen en over te gaan tot echte betrokkenheid.
Andere wezens blijven gevangen in hun instinctieve aard,
terwijl de mens het potentieel tot transformatie bezit.
Toch is onverschilligheid niet absoluut; zij is relatief.
Een mens kan betrokken zijn bij het ene en onverschillig blijven tegenover het andere.
Met name wanneer het gaat om concepten zoals “God” en “het Goddelijke”,
noemen wij deze specifieke toestand “Gnostische Onverschilligheid”.
Vandaag de dag zijn de meeste mensen diep betrokken bij de materiële wereld.
Slechts enkelen hebben deze fase overstegen en zijn op weg naar de gnosis.
De Rol van de Vrouw in de Geboorte van de Gnosis
De eerste elite op het pad van de gnosis bestond uit vrouwen.
Door hun afzondering in grotten — tijdens geboortes en het grootbrengen van kinderen —
ontstond in hen een stille en contemplatieve bewustzijnstoestand.
Aanvankelijk werd de vrouw vereerd als een godin,
de bron van het leven,
terwijl de man haar diende en beschermde.
Maar toen de mensheid de rol van de man in de voortplanting ontdekte,
verschoof het evenwicht.
De centrale positie van het vrouwelijke stortte in,
en de autoriteit werd patriarchaal.
De vrouw werd gereduceerd tot een eenvoudig “vat” voor voortplanting.
Toch heeft de gnosis nooit vergeten dat het vrouwelijke bewustzijn
de eerste zaden van het ontwaken heeft gezaaid.
De Toekomst van de Mensheid: Voorbij het Geslacht
De mensheid beweegt zich naar een toekomst waarin zij de binaire geslachtsopdeling (man en vrouw) overstijgt.
In de toekomst zal geslacht waarschijnlijk een keuze worden,
en geen biologische beperking meer zijn.
De mens zal beoordeeld worden naar zijn essentie, niet naar zijn geslacht.
Deze tendens begint al steeds meer geaccepteerd te worden,
en zal mettertijd volledig normaal worden.
Uiteindelijk zal de mens bevrijd zijn van de beperkingen van geslacht.
Het mannelijke en het vrouwelijke zullen samensmelten binnen het “volledige menselijke wezen“,
dat in zichzelf de betekenis van “God” en “het Goddelijke” zal dragen —
niet als symbolen van vader en moeder,
maar als een essentiële eenheid.
Onverschilligheid: Een Oorspronkelijke, Primitieve Staat
Dat onverschilligheid een primitieve toestand is,
betekent niet dat zij negatief is.
Integendeel, zij wijst op een eerdere fase van ontwikkeling.
De onverschillige mens lijkt op het primitieve wezen,
terwijl de bewuste, moedige zoeker naar begrip
een meer geëvolueerde vorm vertegenwoordigt.
Hieruit ontstaat onder de massa’s het begrip agnosticisme.
Maar voor de gnosticus is agnosticisme een illusie.
De gnosticus begrijpt dat onverschilligheid slechts een overgangsfase is,
terwijl agnosticisme wordt gezien als een vorm van dwaalleer en verlies.
De Drie Stadia van de Ontwikkeling van de Mens volgens de Gnosis
Eerste Stadium: Pre-Menselijk (Voor de Eerste Adam)
De fase die door de gnostici “Voor de Eerste Adam” wordt genoemd,
komt overeen met het tijdperk van de hogere dieren.
Wezens die uitsluitend functioneerden op basis van mechanische instincten,
zonder dat de essentie van de mens zich al had gemanifesteerd.
De koranische vers:
“Ik zal een plaatsvervanger aanstellen op aarde.”
verwijst naar deze overgangsperiode.
De engelen protesteerden:
“Zult U daar iemand plaatsen die verderf zaait en bloed vergiet?”
— waarbij zij de kenmerken van de dierlijke natuur beschreven,
en niet die van ware menselijkheid.
Maar het Goddelijke zag in sommigen van hen de mogelijkheid tot transformatie:
van instinct, via onverschilligheid, naar echte betrokkenheid.
Uit deze wezens ontstond uiteindelijk de menselijke lijn.
Tweede Stadium: De Schepping — Van Dier naar Mens
Een genetische mutatie vond plaats,
waardoor een nieuw soort wezen verscheen.
Een wezen dat fundamenteel verschilde:
niet langer puur dierlijk,
maar ook nog niet volledig menselijk.
Een overgangswezen.
Dit was het “menselijke embryo” dat Afrika bevolkte —
het begin van wat wij nu Homo habilis noemen.
Ze beschikten niet over een ontwikkeld taalgebruik,
noch over verfijnde werktuigen,
maar ze liepen rechtop en leefden in grotten.
“Lucy”, het beroemde fossiel ontdekt in Ethiopië,
is een representatief voorbeeld van deze vroege menselijke vorm.
Derde Stadium: Homo Habilis — De Kindertijd en het Paradijs
De ware geboorte van de mensheid begint hier, volgens de gnosis.
In deze fase:
leerden mensen namen geven aan dingen,
vervaardigden ze werktuigen,
en ontdekten ze vuur.
In de gnostische symboliek wordt deze periode aangeduid als “het Paradijs”,
en Afrika werd gezien als de Hof van Eden.
De mens was vrij in alles,
behalve in één verbod:
niet eten van de Boom der Kennis.
Het eten van deze boom, in symbolische zin,
markeerde het einde van de onschuld,
de afdaling in de materiële wereld,
en de acceptatie van de dood.
Zo begon de uittocht van de mensheid uit Afrika,
en startte een nieuwe fase van bewustzijn.
Conclusie
Onverschilligheid is nooit een zwakte van het bewustzijn geweest.
Zij was het moment van stilte dat voorafging aan de kosmische explosie in de menselijke geest.
Zij was de oorsprong waaruit:
de eerste vragen ontsproten,
de eerste nieuwsgierigheid werd geboren,
de eerste opstand ontbrandde.
Onverschilligheid was de baarmoeder die de geboorte voedde van de volledige mens:
de zoeker, de denker, de kenner.
Wanneer wij begrijpen dat onverschilligheid geen einde is,
maar eerder een begin,
pas dan kunnen wij werkelijk verdergaan op de weg.
Een weg:
naar het Zelf,
naar kennis,
naar bevrijding.
En omdat wij niet het voorrecht hebben om stil te blijven staan,
brengt elke stap die wij op deze weg zetten —
zelfs wanneer hij geplaveid is met twijfel —
ons dichter bij de waarheid.
Dus bewandel jouw pad… zelfs als je het alleen moet bewandelen.
Je kunt ook lezen: Wat is de realiteit?